Het verhaal wordt ingeladen

Kraantjeskannen gemaakt voor koffie

De geschiedenis van Kraantjeskannen

Bij hen die koffie zo beminden, kon je ook een kraantjeskan vinden.

Tegen het midden van 17e Eeuw werd koffie steeds populairder in Europa maar de bekende koffie- en kraantjeskannen waren tot dan toe nog volledig onbekend. Koffie werd aanvankelijk gezet in eenvoudige hoge kannen meestal van koper of tin met een schenktuit, een vergelijkbaar model als de hedendaagse koffiekannen. Tijdens de opkomst van het drinken van koffie werd deze vaak in zogenoemde speciale koffiehuizen gedronken.

Onder invloed van de toegenomen vraag naar koffie eind zeventiende eeuw ontwikkelde zich een nieuw soort koffiekan. Mogelijk was de toenemende populariteit van het koffiehuis ook van grote invloed op de ontwikkeling van nieuw soort koffiekan. Doordat de bezoeker steeds meer koffie wilde drinken, ontstond de behoefte zelf de drank te kunnen tappen. Dat kan met een kraantjeskan, waarbij een of drie kraantjes in de buik van de kan zijn gemonteerd. Omdat het kraantje niet helemaal onder aan de kan zit, blijft de koffiedrab in de buik van de kan achter. Bovendien voorkomt de plaats van het kraantje dat de kan zou kunnen droogkoken; er hoort namelijk een verwarmingselement bij de kan dat vaak, en ook in dit geval, niet bewaard gebleven is.

Deze kraantjeskan bleek ook ideaal voor huiselijk gebruik. Aanvankelijk waren de kraantjeskannen, net als de gewone koffiekannen, conisch van vorm. Aan het begin van de achttiende eeuw komt de peer- of balustervormige kan in gebruik, een vorm die typisch is voor de barok. Tot ver in de negentiende eeuw bleef dit het populairste model. Met de opkomst van elektrische koffiezetters in de twintigste eeuw verdween de tinnen kraantjeskan langzaam uit het dagelijks leven.

Zeskantige kraantjeskan

Een topstuk uit onze collectie is gemaakt door Deventenaar Pieter Alderkamp. Het tot nu toe onbekende werk dat we van zijn hand kennen, is talrijk en divers. De vorm van deze kan is strikt symmetrisch met een markering op de hoeken, een symmetrie die herinnert aan de Lodewijk XIV-stijl (late barok).